Nu eens in de vallei, dan weer klimmen

Zomeroverpeinzing

Op het platteland, waar ik woon, is alles overzichtelijk en geordend en zijn de wegen goed begaanbaar. Easy. De vele bergen die ik ontmoette op vakantie in Oostenrijk trokken mijn aandacht. Ik kon er vol bewondering blijven naar staren. Ik zocht  verbinding met iets groter dan mezelf.

‘Hoe geraak je daar naar boven’, dacht ik dikwijls toen ik naar de ongerepte natuur keek op de berg. Dag 1 was meteen een uitdaging. Een avontuurlijke wandeling. Check. ‘We zijn goed getraind, dat kunnen we toch?’, zeiden we tegen elkaar. We stegen meer dan 2.000 meter Not that easy. De weg naar omhoog ging niet altijd over even goed gebaande paden. De rotsen en smalle paadjes daagden ons uit. We moesten focussen, kijken waar we onze voeten zetten en soms een hindernis nemen om weer verder te kunnen. Maar vooral, het was nodig om af en toe te stoppen om op adem te komen. We zochten een eigen tempo, luisterden naar ons lichaam. Ook al gingen we buiten onze comfortzone, deden we  wat we niet gewoon waren, we gingen vooruit. J

Net zoals het leven daagt de berg ons uit, mentaal en fysiek. Wanneer we kijken naar de top, zeggen we ‘wauw’ en we wanen ons meteen op die top. Wat trekt daar zo aan, wat is daar waarnaar we zo verlangen?

Altijd maar hoger, altijd maar meer? Kronkelen en slingeren in de vallei heeft ook z’n charmes. Langs de riviertjes. Verkoelend. Het was gewoon anders. Nu eens in de vallei, dan eens klimmen.  De afwisseling doet goed. Op eigen tempo, niets forceren. Grenzen verleggen, af en toe vertragen. Stilstaan. Rusten. Omkijken. Vooruitkijken.

De top is rijk maar de weg ernaar toe ook. Cliché? We beklimmen allemaal onze berg en die klim heeft onderweg van alles te bieden. Het levert je af en toe een nieuwe kijk op, op jezelf en het leven. Als je maar genoeg kijkt naar wat er is en genoeg voelt wat jij nodig hebt. Kansen genoeg om te groeien in kracht en wijsheid.

Naar beneden gaan voelt tegennatuurlijk. Het heeft iets forcerend, remt bruusk. Het lijkt of

Ik wens je een boeiende bergtocht. Jij zal op je tocht dingen zien die ik niet zie. Voelen wat ik niet voel. Horen wat ik niet hoor. Anders proeven en ruiken. Andere dingen onthouden en vergeten. Andere dingen meenemen in je hoofd en in je hart en misschien ook af en toe iets achterlaten, loslaten.

Vertel het mij, ik kan leren van jouw verhaal.

Lili

 

Klaar  voor de volgende stap?